vrijdag 5 november 2010

My thing is hope


“Tutu was niet de enige kerkelijk leider die zich verzette tegen de apartheid. Wat hem anders maakte, was zijn bovenmenselijke vertrouwen. Dat vertrouwen geeft hem de onafhankelijkheid om onrecht te bestrijden – waar hij het ook tegenkomt, eerst onder de Apartheid, maar ook onder de heersers die daarna kwamen: in Birma, Gaza, Soedan en Tibet; of onder de conservatieven in zijn eigen kerk.”

Zo beschrijft TIME in een groot artikel één van de ontwerpers van het verzoeningsproces in Zuid Afrika. Toen Joris Luijendijk de bisschop, aan het einde van een prachtig televisiegesprek toevoegde : “You’re so positive, so optimistic” schudde Tutu energiek zijn hoofd: “O no sir, I am not an optimist. My thing is hope.”

Verzoeningsprocessen hebben niet alleen trainers en procesbewakers nodig, maar ook hoopvolle mensen en visionaire profeten. Tijdens de zwartste dagen van de apartheid, in 1976, leidde Tutu de begrafenis van Steve Biko, een vermoorde activist. Hij stond er tegenover 15000 mensen toen hij sprak: “De machten van onrecht, onderdrukking en uitbuiting hebben hun hand overspeeld, en ze hebben verloren…… Ze hebben verloren omdat ze immoreel en verkeerd zijn, en onze God is een God van bevrijding, van recht en van goedheid. Onze zaak zal zegevieren omdat hij moreel en goed en rechtvaardig is. “

Gevraagd naar de belangrijkste les uit zijn leven, zeg Desmond Tutu: “Het weefsel van het heelal is zodanig dat er geen twijfel aan kan bestaan dat goedheid en vreugde en recht zullen overwinnen.” Lachend neemt hij afscheid van zijn interviewers: “Er is geen twijfel aan dat de bedrijvers van onrecht en onderdrukking die nu vol belangrijkheid en eigenwaan het hoofdpodium opeisen met een gevoel van onoverwinnelijkheid….. dat zij in het stof zullen bijten.” De gedachte maakt hem opgetogen: “Ha-ha-ha-ha-ha!” buldert hij “Wonderful! Wonderful! Wonderful!.” (Met dank aan Time Magazine)

Arnold van Heusden (5 november 2010)

Geen opmerkingen: